De nieuwsbrief van Perdu
Tijdschrift voor ideeën
De moderne poëzie van Tsjechoslowakije
Martin Mooij over Uwe Johnson
De nieuwsbrief van Perdu
Een diskussie over het dingdichten
Een diskussie over het dingdichten
Opmerkingen over materiepoëzie
De opening van het seizoen
De nieuwsbrief van Perdu
Over Cortázar
Van Hans Kloos
De nieuwsbrief van Perdu
Over Artaud
Uitnodiging voor een hekje
De nieuwsbrief van Perdu
‘In de straten van Cybergorsk’
Woord en beeld verendigd
Uitnodiging voor een hekje
Presentatie tijdschrift Beeld
De nieuwsbrief van Perdu
Alleen voor genodigden
Een gesprek over vrouwelijke literatuur
Integraal voorgelezen
Integraal voorgelezen
De nieuwsbrief van Perdu
Een diskussie over het dingdichten
Aanvang: 20.00 uur
Entree: 4 gulden
Gerard Doustraat 71
Een veelzeggende titel uit J. Bernlefs poëties werk is ‘Meer in dingen dan in mensen’. Enige tijd geleden vroegen we tien jonge dichters hierop te reageren, ook weer in dichtvorm. De van strekking en nivo nogal wisselende gedichten presenteren we nu in de bundel ‘Welke dingen? Welke mensen?’, met bijdragen van o.m. Aap Noot Mies, Roeland Fossen, Rogi Wieg en Joost Zwagerman. De laatste stelt in een begeleidende brief: ‘Waar echter mensen als Kouwenaar, Bernlef en ook Faverey beweging als een soort juk ervaren, die hen het streven naar poëticale verabsolutering moeilijk zo niet onmogelijk maakt, heb ik, als lid van de dichtergeneratie die ná hen komt, op mijn beurt weer te maken met die verdomde leegte die bij ieder gedicht om de hoek komt kijken!’
Een generatiekonflikt? Dan wel een waarbij leeftijden en stellingen door elkaar lopen, Bernlef en Zwagerman gaan erover in diskussie, onder leiding van kollega Howard Krolm en in aanwezigheid van nogal wat dichters van beide ‘generaties’.
J. Bernlef, schrijver, vertaler van o.m. Elizabeth Bishop en Tomas Tranströmer, redakteur van Raster; meest recente dichtbundel: Wolftoon (1986).
Joost Zwagerman, schrijver, debuteerde onlangs met de roman: De Houdgreep; in het voorjaar verschijnt de gedichtenbundel: Langs de doofpot.