Wat is er poëtisch aan het internet?
Op 24 juni wijdt Perdu een avond aan het werk van Sonja Prins.
The vital poetics of Baroness Elsa von Freytag-Loringhoven
Een avond over het werk van Jeroen Mettes
Gastprogramma: Presentatie nieuwe dichtbundel Frans Budé
Postmodernisme in de Sovjet-Unie
Nach der mitte folgt ein Schweigen
Een hommage aan Hans Groenewegen
Van Rob Halpern, vertaald door Samuel Vriezen en Frank Keizer
Een etmaal voordracht van poëzie
Een Mettes-lexicon II
Presentatie nieuwe nY
Over Donorwoorden van Sybren Polet
F. van Dixhoorn
In samenwerking met nY, tijdschrift voor literatuur, kritiek & amusement
Over Civil Disobedience van H. D. Thoreau
Over Balthazar Krull’s hart zingt maneschijn van Peter Smink
Over de poëzie van Rob Halpern
Met Martin Reints
Van Peter Gizzi
Nederlandse dichters en William Carlos Williams
Over documentaire poëzie
Herman Gorters' Liedjes integraal voorgelezen
Over F.W.J. Schelling
25 jaar Verloren Tijd
Emerson, Ives, Cavell
Over L=A=N=G=U=A=G=E
Van Samuel Vriezen
Met bijdragen van tien auteurs
Hans Faverey
Het wit in de poëzie
Aanvang: 20.30 uur / Zaal open: 20.00 uur Entree: 10 / 5 euro (met kortingskaart)
Deelnemers:
De literaire subsidieloterij gaat over de ateliersfunctie van literaire tijdschriften in tijden van economische valorisatie; een discussie met diverse literaire tijdschriften.
Onlangs werd bekend dat het Prins Bernhard Cultuurfonds in samenwerking met het Nederlands Letterenfonds € 100.000,- subsidie toekent aan vier literaire tijdschriften, waarbij de toekenningcommissie de inzet van nieuwe media en publieksbereik als speerpunten voor de beoordeling van de aanvragen formuleerde.
Hollands Maandblad, Terras, Das Magazin en Liter dragen verschillende doelstellingen en literaire visies uit. Zo formuleert het Hollands Maandblad de ‘cultivering van de helderheid van het woord’ als doelstelling, terwijl Liter juist ruimte wil bieden ‘aan het onzegbare.’ Das Magazin afficheert zich als ‘meerkoppig literair monster’ dat zich vooral richt op het bereik van een groot publiek. Het tweemaandelijkse grootschalig opgezette Literaturfest is ‘een feestelijke ode aan de literatuur: gasten praten over boeken niet gehinderd door enige kennis van zaken’. Terras wil niet alleen een podium bieden aan vernieuwende literatuur in binnen- en buitenland, maar biedt door zijn internationale oriëntatie ook ruimte aan literaire vertalers.
Met oog op het recent verschenen essay ‘Het atelier waar de inkt nog nat is’ van Christiaan Weijts vragen wij ons af in hoeverre deze geldinjectie - van structurele subsidiëring is immers geen sprake - de ateliersfunctie veiligstelt en de poëzie ten goede komt. Er zijn echter ook tijdschriften die, bewust of noodgedwongen, een andere weg bewandelen. Perdu nodigt ook hen uit voor een inhoudelijke discussie.